Het effectief behandelen van urineweginfectie bij kwetsbare ouderen in verpleeghuizen

In het kort

Startdatum

1 januari 2022

Einddatum

8 juli 2022 (is afgerond)

Type preventie

Zorggerelateerde preventie

Regio/plaats

Fryslân (en landelijk)

Contact

Maaike van der Meulen
Projectleider ROS Friesland
Email: m.vandermeulen@rosfriesland.nl
Mobiel: 06 11821215

Doelgroep

Zorgprofessionals en laboratoria.

Doel

Om de samenwerking rondom cystitis tussen de huisartsen en de zorgverleners van de verzorgingshuizen te bevorderen. De huisartsen zullen volgens één richtlijn (stroomschema) werken bij het behandelen en diagnosticeren van cystitis bij patiënten in verzorgingshuizen.

Opdrachtgever

ROS Friesland

Betrokken organisaties

Verschillende zorgpartijen en laboratoria.

Over het onderzoek

Onderzoek lezen

Via deze link kunt u het gehele onderzoek lezen.

Methode

Desktop research, data analyse en interviews.

Aanleiding

De prevalentie van urineweginfecties met name cystitis (urineblaasontsteking) is in verzorgingshuizen heel hoog (Verenso, 2006). Daarom eist dit veel aandacht van de zorg wat betreft diagnose van deze patiënten. Het blijkt dat cystitis vaak onterecht wordt gediagnosticeerd in verzorgingshuizen door bijvoorbeeld verkeerde afname van urine of afname op een verkeerd moment (Sijtema – Van Der Kooij, 2019).

Resultaten

De werkzame elementen voor mensen met een lage sociaaleconomische status zijn:

  • Invloed van de doelgroep tijdens ontwikkeling en implementatie van interventies
  • Inzetten op de motivatie van de deelnemers
  • Inspelen op het vertrouwen in eigen vermogen van de deelnemers
  • Inspelen op het groepsgevoel
  • Vertrouwde omgeving
  • Vervolgaanbod aanbieden
  • Een goede samenwerking tussen externe partijen om de kosten om laag te brengen voor deelname.

Conclusie

Er is een tool ontwikkeld om te ontdekken op welke thema’s verbeterpunten liggen aan de start van een nieuwe implementatie en bij tussentijdse evaluatie van een leefstijlinterventie voor mensen met een lage sociaal economische status.

Welke coalitie of fundament raakt het onderzoek?